[Archive](https://archive.ph/bEBcA)
‘De aandeelhouders gaan voor’
De loonfuik – Het aantal werkende armen groeit doordat hun lonen zijn achtergebleven bij de hoge inflatie van de afgelopen jaren. Een hoger minimumloon en Europese regelgeving kunnen een oplossing bieden aan werknemers in callcenters, horeca of de winkelstraat.
Zodra haar salaris is gestort, rijdt Jiska de Vries naar Duitsland. ‘Ik woon hier vlak aan de grens en bij de oosterburen zijn de boodschappen flink goedkoper. Iedere maand koop ik eenmalig in, dan hou ik alleen nog wat geld over voor verse waren.’ Na twee weken is dat kleine potje meestal al op. ‘Daarom sla ik altijd appels in, die zijn niet duur en lang houdbaar. Ze stellen me in staat mijn dochter de nodige vitaminen te geven, ook als de portemonnee al leeg is.’
De Vries werkt fulltime als medewerker van een facilitair callcenter met een internetprovider als opdrachtgever. ‘Ik heb de leukste baan van de wereld, dat geloof ik echt, ik kan de hele dag kletsen. Ik krijg heel Nederland aan de lijn, van een kasteelheer tot alleenstaande moeders. Soms ook een BN’er. Ze hebben vaak acute problemen: slechte wifi, storingen, verkeerde facturen. De meeste mensen zijn erg blij als ik hen goed help.’
Toch heeft het werk van De Vries één groot nadeel: ‘De betaling is bagger.’ Ondanks ruime ervaring verdient ze namelijk maar 14,35 per uur, dat is een krappe euro boven het minimumloon.
De Vries zit in de zogenaamde loonfuik: haar salaris stijgt niet mee met het minimumloon, dat begin vorig jaar met maar liefst tien procent toenam en per 1 juli verder stijgt naar 13,68 per uur. Op deze manier worden ervaren werknemers ingehaald door nieuwkomers met het minimumloon. Ervaring telt bij werknemers namelijk niet of nauwelijks mee. Sterker: omdat het salaris niet eens gelijke tred houdt met de inflatie, die de afgelopen twee jaar maar liefst 13,8 procent bedroeg, neemt de koopkracht van laagverdieners zelfs af.
Honderdduizenden mensen zitten in een vergelijkbare situatie. Ze werken in sectoren zonder collectieve arbeidsovereenkomst of met een slechte cao, zoals in callcenters, de horeca of in de winkelstraat. Dit zijn de werkende armen.
Bij goede cao’s waar een sterke werknemersvertegenwoordiging is, stijgen de onderste schalen ten minste mee met de toename van het minimumloon. Maar in de slechtere sectoren moeten de werknemers het doen met zeer marginale verhogingen. ‘Het verhoogde wettelijk minimumloon heeft in veel gevallen een opstuwend effect op de lonen daar net boven’, zegt Elmar Smid, fnv-beleidsadviseur en afgelopen juni kandidaat-europarlementariër namens GroenLinks-PvdA. ‘Maar in sommige sectoren plooit het loongebouw zich niet naar de nieuwe werkelijkheid.’
**Op het Beursplein in Amsterdam** staat een grote zwaaiende kat, Maneki Neko, die haar poot ritmisch op en neer beweegt. Hier treffen fnv-actievoerders met rood-blauwe hesjes elkaar. Het dier is het Japanse symbool van geluk en welvaart en prijkt pontificaal op de flyers die in de winkelstraat worden uitgedeeld. ‘De #gelukskat! staat voor rijkdom en geluk voor iedereen’, zo valt te lezen op de website van de grootste vakbond van Nederland.
In twee- en drietallen gaan de fnv-vrijwilligers naar de grootwinkelbedrijven rond de Kalverstraat. Ze lopen snel langs de bewakers. ‘Meestal worden we er na enige tijd uitgezet’, zegt vakbondsbestuurder Linda Vermeulen. ‘Ik ben benieuwd hoe het nu gaat.’ De bond voert vandaag actie voor een verhoging van het minimumloon naar zestien euro per uur.
‘Mag ik je deze folder geven?’ Vermeulen spreekt een medewerker van kledinggigant Primark aan. De vragende blik beantwoordt ze met ‘Can I give you this flyer?’ Sommige medewerkers vragen om extra exemplaren om te verspreiden tijdens de lunch. ‘Via de QR-code kom je bij de Engelse vertaling’, legt Vermeulen uit. Dat is hard nodig, want bij Zara, Primark, Pull&Bear, Urban Outfitters en Uniqlo spreekt iedereen Engels.
Even later begint Elmar Smid achter de pilaar een gesprek met een Kroatische medewerkster. ‘Zij en haar man willen lid worden van een vakbond’, legt hij na afloop uit, ‘maar ze vertrouwen de bonden niet die bijna geen contributie vragen.’ Vermeulen praat ondertussen met een Oekraïense medewerker bij de pashokjes. ‘Hij had vragen over zijn loonstrookje en gaat mij er later over bellen.’
De grote warenhuizen en winkelketens, zoals Zeeman, Blokker en C&A, vallen onder de slechtste cao van Nederland – de cao Retail Non-Food. Medewerkers verdienen het minimumloon of net erboven. Promotie naar beter verdienende functies is niet of nauwelijks mogelijk. ‘In Letland is de situatie nog veel slechter’, zegt een Urban Outfitters-medewerker. ‘Vandaar dat ik met dit salaris akkoord ga.’
Alleen bij de Hema en de Douglas werken Nederlandstalige, oudere werknemers. Zij zijn de happy few en vallen nog onder een oudere, betere cao. Voor nieuwe werknemers gelden slechtere arbeidsvoorwaarden. ‘Dat vinden deze vrouwen overigens niet leuk’, zegt Linda Vermeulen. ‘Niet voor hun collega’s maar ook niet voor henzelf. Omdat ze gezien worden als de duurdere krachten, zijn ze bang om eruit gewerkt te worden.’
1 Comment
[Archive](https://archive.ph/bEBcA)
‘De aandeelhouders gaan voor’
De loonfuik – Het aantal werkende armen groeit doordat hun lonen zijn achtergebleven bij de hoge inflatie van de afgelopen jaren. Een hoger minimumloon en Europese regelgeving kunnen een oplossing bieden aan werknemers in callcenters, horeca of de winkelstraat.
Zodra haar salaris is gestort, rijdt Jiska de Vries naar Duitsland. ‘Ik woon hier vlak aan de grens en bij de oosterburen zijn de boodschappen flink goedkoper. Iedere maand koop ik eenmalig in, dan hou ik alleen nog wat geld over voor verse waren.’ Na twee weken is dat kleine potje meestal al op. ‘Daarom sla ik altijd appels in, die zijn niet duur en lang houdbaar. Ze stellen me in staat mijn dochter de nodige vitaminen te geven, ook als de portemonnee al leeg is.’
De Vries werkt fulltime als medewerker van een facilitair callcenter met een internetprovider als opdrachtgever. ‘Ik heb de leukste baan van de wereld, dat geloof ik echt, ik kan de hele dag kletsen. Ik krijg heel Nederland aan de lijn, van een kasteelheer tot alleenstaande moeders. Soms ook een BN’er. Ze hebben vaak acute problemen: slechte wifi, storingen, verkeerde facturen. De meeste mensen zijn erg blij als ik hen goed help.’
Toch heeft het werk van De Vries één groot nadeel: ‘De betaling is bagger.’ Ondanks ruime ervaring verdient ze namelijk maar 14,35 per uur, dat is een krappe euro boven het minimumloon.
De Vries zit in de zogenaamde loonfuik: haar salaris stijgt niet mee met het minimumloon, dat begin vorig jaar met maar liefst tien procent toenam en per 1 juli verder stijgt naar 13,68 per uur. Op deze manier worden ervaren werknemers ingehaald door nieuwkomers met het minimumloon. Ervaring telt bij werknemers namelijk niet of nauwelijks mee. Sterker: omdat het salaris niet eens gelijke tred houdt met de inflatie, die de afgelopen twee jaar maar liefst 13,8 procent bedroeg, neemt de koopkracht van laagverdieners zelfs af.
Honderdduizenden mensen zitten in een vergelijkbare situatie. Ze werken in sectoren zonder collectieve arbeidsovereenkomst of met een slechte cao, zoals in callcenters, de horeca of in de winkelstraat. Dit zijn de werkende armen.
Bij goede cao’s waar een sterke werknemersvertegenwoordiging is, stijgen de onderste schalen ten minste mee met de toename van het minimumloon. Maar in de slechtere sectoren moeten de werknemers het doen met zeer marginale verhogingen. ‘Het verhoogde wettelijk minimumloon heeft in veel gevallen een opstuwend effect op de lonen daar net boven’, zegt Elmar Smid, fnv-beleidsadviseur en afgelopen juni kandidaat-europarlementariër namens GroenLinks-PvdA. ‘Maar in sommige sectoren plooit het loongebouw zich niet naar de nieuwe werkelijkheid.’
**Op het Beursplein in Amsterdam** staat een grote zwaaiende kat, Maneki Neko, die haar poot ritmisch op en neer beweegt. Hier treffen fnv-actievoerders met rood-blauwe hesjes elkaar. Het dier is het Japanse symbool van geluk en welvaart en prijkt pontificaal op de flyers die in de winkelstraat worden uitgedeeld. ‘De #gelukskat! staat voor rijkdom en geluk voor iedereen’, zo valt te lezen op de website van de grootste vakbond van Nederland.
In twee- en drietallen gaan de fnv-vrijwilligers naar de grootwinkelbedrijven rond de Kalverstraat. Ze lopen snel langs de bewakers. ‘Meestal worden we er na enige tijd uitgezet’, zegt vakbondsbestuurder Linda Vermeulen. ‘Ik ben benieuwd hoe het nu gaat.’ De bond voert vandaag actie voor een verhoging van het minimumloon naar zestien euro per uur.
‘Mag ik je deze folder geven?’ Vermeulen spreekt een medewerker van kledinggigant Primark aan. De vragende blik beantwoordt ze met ‘Can I give you this flyer?’ Sommige medewerkers vragen om extra exemplaren om te verspreiden tijdens de lunch. ‘Via de QR-code kom je bij de Engelse vertaling’, legt Vermeulen uit. Dat is hard nodig, want bij Zara, Primark, Pull&Bear, Urban Outfitters en Uniqlo spreekt iedereen Engels.
Even later begint Elmar Smid achter de pilaar een gesprek met een Kroatische medewerkster. ‘Zij en haar man willen lid worden van een vakbond’, legt hij na afloop uit, ‘maar ze vertrouwen de bonden niet die bijna geen contributie vragen.’ Vermeulen praat ondertussen met een Oekraïense medewerker bij de pashokjes. ‘Hij had vragen over zijn loonstrookje en gaat mij er later over bellen.’
De grote warenhuizen en winkelketens, zoals Zeeman, Blokker en C&A, vallen onder de slechtste cao van Nederland – de cao Retail Non-Food. Medewerkers verdienen het minimumloon of net erboven. Promotie naar beter verdienende functies is niet of nauwelijks mogelijk. ‘In Letland is de situatie nog veel slechter’, zegt een Urban Outfitters-medewerker. ‘Vandaar dat ik met dit salaris akkoord ga.’
Alleen bij de Hema en de Douglas werken Nederlandstalige, oudere werknemers. Zij zijn de happy few en vallen nog onder een oudere, betere cao. Voor nieuwe werknemers gelden slechtere arbeidsvoorwaarden. ‘Dat vinden deze vrouwen overigens niet leuk’, zegt Linda Vermeulen. ‘Niet voor hun collega’s maar ook niet voor henzelf. Omdat ze gezien worden als de duurdere krachten, zijn ze bang om eruit gewerkt te worden.’